Nostalgie. Ik geef het toe. Vrijwel elke keuze is bepaald door een herinnering aan iets dat eerder was. Net als ieder ander worstelen de liedjesschrijvers met een naderend einde, een vergleden verleden en een wereld vol verlies.
-
David Christian - For Those We Met on the Way
Het soloalbum van zanger en liedjesschrijver van de onvolprezen band Comet Gain is doordrenkt van melancholie. Liedjes over vertrek, verlies, vergeten. Goodbye Teenage Blue bijvoorbeeld met een fraai, verstopt Al Kooper-achtig orgeltje. Of in het ontroerende liedje over zijn ouders Mum’s and Dad’s and Other Ghosts. Een album waarbij je niet veel anders kunt doen dan te luisteren naar de muziek en vooral naar Davids teksten.
-
Dean Wareham - I Have Nothing To Say To The Mayor Of L.A.
Met zijn derde soloalbum herinnert Dean Wareham onmiddellijk aan de albums die hij met Galaxie 500 en Luna maakte. Zijn liedjes zullen nooit reiken tot ons collectieve geheugen, ook al bedenkt hij melodieën die ’s ochtends opeens onverwacht in je brein kunnen worden afgespeeld. Wareham is een meester in het uitkiezen en toe-eigenen van liedjes van anderen. Je kijkt echt op, hé, is Under Skys een nummer van Lazy Smoke en Duchess van Scott Walker?
-
Fergus McCreadie - Cairn
Op Cairn – wat een stapeltje stenen betekent – laat de jonge Schotse pianist Fergus McCreadie horen dat Keith Jarrett en Ahmad Jamal voorbeelden voor hem zijn. Je kunt slechtere kiezen. Bassist David Bowden en drummer Stephen Henderson vullen McCreadie perfect aan. An Old Friend zou iedere muziekliefhebber moeten hebben gehoord.
-
The Reds, Pinks and Purples - Uncommon Weather
Tussen 1987 en 1995 bracht het Sarah-label vanuit Bristol een serie van precies 100 singletjes uit. Ze verkochten niet heel goed, maar het geluid van bands als The Field Mice en Another Sunny Day werd later wel invloedrijk. Glenn Donaldson die doet alsof hij een hele band is, geeft er blijk van precies aan te voelen waar het bij die bands om ging. Prachtig.
-
Caravan - It’s None of Your Business
Bij deze keuze liet ik me leiden door sentiment, als jochie was dit mijn favoriete band. Toch was ik verrast – en ik was de enige niet – dat de zeventigers Pye Hastings, Geoff Richardson en Jan Schelhaas nog zo’n goed album konden maken. Gitarist en zanger Hastings, bandlid vanaf het begin, schreef negen van de tien liedjes, met directe, ironische teksten. ‘If you told me that the time has come / I’d say that it’s not / If you told me that you told me twice / I’d say I forgot.’ Het album werd in een dag of tien opgenomen, gewoon met alle muzikanten in de studio. Op de een of andere manier hoor je het plezier om samen muziek te maken altijd terug.
-
Field Music - Flat White Moon
Recensenten jongleren altijd met bands om de muziek van de broertjes David en Peter Brewis en hun band Field Music te duiden. Ik doe dit nu weer. Hun muziek sluit op wonderlijke wijze aan bij het progrock-geluid van Gentle Giant én de soepele jazzy rock van Steely Dan, tegelijkertijd heeft het de post-punk hoekigheid van bands als Pylon, Section 25 of Nasmak. Uniek.
-
Endless Boogie - Admonitions
De New Yorkers noemden zichzelf naar een nummer van John Lee Hooker. De naam is niet anders dan een manifest; net zo lang een boogie spelen tot je er genoeg van hebt. Dat kan bij sommige nummers meer dan 20 minuten duren. Bas, drums en twee gitaren. Een kruising tussen Canned Heat en de Wipers.
-
Howlin Rain - The Dharma Wheel
Rock zoals rock moet zijn, lange gitaarduels, mooie samenzang, opzwepende drums. Het album van Ethan Miller en zijn band had in ’69 kunnen verschijnen, in ’79 – niet in ’89 of ’99 – maar wel weer in ’09 of ’19. Vrij tijdloos dus.
-
Sault - Nine & Cleo Sol - Mother
De albums van Sault en Cleo Sol staan op een gedeelde plek. Het negende album van Sault is niet zo goed als de twee van vorig jaar, ook niet als debuutalbum 5 en opvolger 7 uit 2019. Het wordt meer dan goedgemaakt door Mother van Cleo Sol, prominent aanwezig op de Sault-albums. Minnie Riperton – een toetssteen voor veel zangeressen tegenwoordig – en Roberta Flack – Feel Like Makin’ Love – zijn nooit ver weg.
- Teenage Fanclub - Endless Arcade
Zo’n beetje elk album van de Fanclub zal in mijn lijstjes voorkomen. Mooie vocale harmonieën, ritmegitaar, stuwende bas & drums, feedback gitaar die de gaatjes vult, een enkele synth. Nooit een verrassing, muziek je omarmt. ‘Don’t be afraid of this life!’
Buiten de top waren er albums die eigenlijk net zo mooi zijn.
- We Are van tv-bandleider Jon Batiste is indrukwekkend, ontroerend maar net iets te glad en een paar nummers te veel.
- Tonstartssbandht is een wonderlijk genaamde band van twee broers Andy en Edwin White die het liefst thuis hun liedjes opnemen. Petunia staat vol mooi gezongen liedjes, ondersteund door lichtpsychedelische gitaarpartijen en stijlvolle drums en percussie.
- In 2017 begon Sarah Jarosz aan Blue Heron Suite, op gang gebracht door de ziekte van haar moeder. Ze speelde de suite een paar keer live. Dit jaar maakte ze het af, prachtig.
- De albums van Nightmares on Wax – waarachter dj George Evelyn zich verschuilt – zijn meestal heerlijk voorthobbelende affaires. Na een nummer of twee betrap je jezelf erop dat je zit mee te knikken. De betere muziek voor een trendy gelegenheid. Shout Out! To Freedom is veel urgenter. Een jazzy, funky, goed gearrangeerd album over vrijheid.
- Other You van Steve Gunn – die gitaar speelde in de band van Kurt Vile – bevat 11 fraai gearrangeerde, sfeervolle folk-rock liedjes. Voor bij de centrale verwarming.
- Bobby Gillespie (Primal Scream) maakte samen met Jenny Beth (Savages) het mooie maar wat onevenwichtige – iets te dik aangezet drama – Utopian Ashes. Vanwege het bijtende English Town wil ik het album niet onvermeld laten.