Gedraaid
-
Noodlot
Als je nieuw bent in de klassieke muziek, zijn er dagelijks nieuwe ontdekkingen mogelijk. Naar aanleiding van de prachtige uitvoering die Haitink en het Radio Filharmonisch gaven van Wagner, Berg en Mahler - afgelopen zaterdag tijdens de matinee - zocht ik in het archief van The New Yorker op vermeldingen van de dirigent. Een link op de derde pagina van de zoekresultaten voerde me naar ‘The Soul Singer’, een verslag van een ontmoeting met Lorraine Hunt Lieberson.
Lees verder: NoodlotGeplaatst , Medewerker Dick Broer
-
Al het andere is geluid
Alex Ross verwijst op zijn The Rest is Noise-blog naar een artikel over dissonantie van Anthony Tommasini in NY Times en het gebruik hiervan door componisten.
Lees verder: Al het andere is geluidGeplaatst , Medewerker Dick Broer
-
Wiencis’ waarde: Comet Gain
In 2004 publiceerde een man - afgaand op de muziek zou het me werkelijk verbazen als het een vrouw was - iedere maand een mp3-bestand. Soms 12 of 14, meestal 13 liedjes van bands die ik op een enkele na niet kende. Mike, Joe? Wiencis selecteerde steeds bandjes die je in een betere wereld zou hebben gehoord maar waarvan nu pas de eerste noten tot je kwamen. Van die muzikanten steeds het nummer waar je niet zonder zou moeten leven.
Lees verder: Wiencis’ waarde: Comet GainGeplaatst , Medewerker Dick Broer
-
De namen van Toine Heijmans: deel 2 - Sahib Shihab
Sahib Shihab is de tweede naam die Don In Pristina, de nieuwe roman van Toine Heijmans, zou hebben bedacht maar die in werkelijkheid al door een echt mens is gedragen.
In 1947 was Edmund Gregory (1925-1989) een van de eerste jazzmuzikanten die voor het islamitische geloof koos. Zijn westerse naam voldeed niet meer. Hij ging verder als Sahib Shihab, een combinatie van de Arabische woorden voor 'meester' (sahib) en 'meteoor' (shihab).
Lees verder: De namen van Toine Heijmans: deel 2 - Sahib ShihabGeplaatst , Medewerker Dick Broer
-
De namen van Toine Heijmans: deel 1 - Jamaladeen Tacuma
In Pristina, de nieuwe roman van Toine Heijmans, komt een personage voor dat namen verzint voor asielzoekers. Deze namen draagt hij aan als huls voor een nieuwe identiteit. Namen die zijn als “het steentje dat je zou oprapen als het op het strand lag tussen tienduizend andere”. Als voorbeeld geeft hij er drie: Jamaladeen Tacuma, Kesh Monnee en, “de wonderlijkste”, Sahib Shihab.
Lees verder: De namen van Toine Heijmans: deel 1 - Jamaladeen TacumaGeplaatst , Medewerker Dick Broer